1982 Ron Snijders winnaar van Duizelse jubileumronde

 

Op de eerste foto van links naar rechts: Theo Koomen, Toon van der Steen, Ron Snijders en Jannes Slendebroek met de rondemiss (Foto Peter Smulders)

Op de tweede foto de rondrit vooraf aan de amateurkoers met Theo Koomen, nationaal amateurkampioen Hans Boom en Olympia Tour winnaar Gerrit Solleveld (Foto Jan Wijten)

 

De 25e winnaar van de Duizelse kermisronde heeft in wielerkringen een bekende naam. Ook in het Kempenland. In 1951 won Wim Snijders uit Halfweg de derde uitgave van de Omloop der Kempen. Later bracht hij de liefde voor de racefiets over op zijn zonen. Ook die mochten van het succes in de sport op het smalle zadel proeven. Zo sprintte zoon Ron in 1976 op het circuit van Zandvoort naar de nationale titel bij de nieuwelingen.

 

(door Piet Gijsbers)

 

De renners die op de volgende ereplaatsen achter de ditmaal solorijdende Snijders beslag legden mogen er zijn. Ploegmakker Antoon van der Steen en de winnaar van vorig jaar in Duizel, de in Geldrop wonende Drent Jannes Slendebroek vergezelden hem op het podium. Voor aanvang van de amateurkoers werden nationaal kampioen Hans Boom en Olympia Tourwinnaar Gerrit

Solleveld in het gezelschap van commentator Theo Koomen in een open landauer het wielerparcours rond gereden. Het in groten getale opgekomen publiek, er waren meer toeschouwers dan ooit in Duizel, reageerde weer dolenthousiast op de komst van Dries van Wijhe. Een smet op de wedstrijd wierp de val waarbij thuisrijder Henk Jansen in achtervolging op een kopgroep tegen het wegdek smakte en met zwaar bovenbeenletsel in het ziekenhuis belandde. Voor hem is het wielerseizoen 1982 op een ongewenste manier voortijdig beëindigd. Enkele andere Kempische amateurs weerden zich opperbest in het respectabele deelnemersveld. Zij brachten het tot ereplaatsen die in het Duizelse verleden zelden voor de streekrenners waren weggelegd.

Voordat de 22-jarige winnaar uit Zwanenburg de Ronde van Duizel op zijn naam schreef maakte hij al wat langer de dienst mee uit in het Nederlandse amateurwielerpeloton. Vorig jaar won hij de Ronde van Drenthe en die van West-Vlaanderen. Dit voorjaar was hij onder meer al triomfator in de Ronde van Zuid-Holland. In de nationale titelstrijd in Geulle bracht hij het tot een vierde plaats, waarmee hij aantoonde dat hij dit seizoen de vorm lang heeft weten vast te houden.

In de juniorenwedstrijd slaagde Marc van Orsouw er in alle andere deelnemers een ronde achterstand te bezorgen. Ook dat werd in Duizel nog maar sporadisch vertoond.

Links:

Het podium bij de amateurs in de Duizelse kermisronde van 1985: Eddy Schurer (Bakkeveen),

winnaar Jan Burgmans (Bergeijk) en Jac van der Poel (Hoogerheide)

Rechts:

Juniorenwinnaar Frank Kersten (Geldrop) wordt geflankeerd door Kees Smits (Zundert) en William Berns (Cuyk) 

1985 Jan Burgmans en Frank Kersten imponeren in 28e Ronde 'Om de Gele Trui'

 

De strijd om de gele truien trok in de 28e editie van de Duizelse kermisronde veel publiek. Al leek de belangstelling wat minder dan in de jaren dat Dolle Dries van Wijhe de massa naar het Agiodorp lokte. Misschien ook speelden de weergoden het organisatiecomité parten. Maar wat in de ochtenduren nog een zieke dag leek te worden, was in de aanvangsuren van het middagvullende programma plotseling een stralend festijn. De winnaarsbloemen waren voor recreant Cor Gerritsen uit Middelbeers, voor junior Frank Kersten die evenals vorig jaar het complete deelnemersveld een ronde of meer achterstand bezorgde, voor Eria Oomen uit Schijndel in de dameswedstrijd en voor amateur Jan Burgmans. De Bergeijkenaar bracht op de van hem welbekende strijdlustige manier de handen van het publiek op elkaar. Een slotsolo van drie kwartier leverde hem de welverdiende hoogste plaats op het erepodium op.

 

Jammer was het wel dat de amateurwedstrijd in de eerste helft van de koers ontsierd werd door veel valpartijen op het natgeregende klinkerwegdek. Gelukkig bleef de schade voor de renners beperkt tot schaafwonden, maar van de vele toppers in het veld staakte onder die omstandigheden een aantal al of niet noodgedwongen de strijd. Jac van de Poel en Wiebren Veenstra staken vanaf het beginsignaal de lont in het kruitvat. Het duo kreeg bijval van Frans Plantaz en even later ook van Toontje van de Steen en Thijs de Vries. Voor de teams Van Aarle en Batavus met elk twee man voorin leek de wedstrijd in die fase al een bekeken zaak. Maar door de regenval en de

daarmee gepaard gaande schuivers kreeg de wedstrijd nieuwe kleur. De jonge Fries Veenstra leek al zeker van de leidersprijs totdat outsider Jan Burgmans een aanval waagde. En zowaar, de vierentwintig ronden dat hij aan de leiding reed brachten hem met nipt één puntje verschil behalve de zege ook de prijs voor de renner die het vaakst als eerste de meet passeerde. De jonge Bergeijkse coureur sprak behalve zijn verwondering (“Ik kan het nog maar amper geloven dat ik gewonnen heb”) ook zijn dank uit aan ploeggenoten Hans Boom, de ex-nationale amateurkampioen op de weg en in het veld, en Rudie van Deursen die voor rugdekking zorgden tegen de gerenommeerde Friezen Schürer (al tweevoudig klassiekerwinnaar dit jaar) en Veenstra en het na de valpartijen overgebleven Van Aarle trio Van der Poel, Van den Akker en Borgers.

 

De uitslag bij de amateurs:

1 Jan Burgmans (Bergeijk) 100 km in 2.29.48 u., 2 op 45 sec. Eddy Schürer (Bakkeveen), 3 Jac van der Poel (Hoogerheide), 4 Ruud van Deursen (Budel), 5 Evert van de Pol (Wezep), 6 Eric Welten (Moergestel), 7 Adri Harks (Sint Oedenrode), 8 Stan Strijbosch (Best), 9 Louis van Wely (Vught), 10 Hans Boom (Enter), 11 Toon van der Steen (Bruinisse), 12 John Pirard (Breda), 13

Michel Cornelisse (Amsterdam), 14 Mark van Esch (Sint Oedenrode), 15 John van den Akker (Veldhoven), 16 Wiebren Veenstra (Harkema), 17 Ted Kampen (Veldhoven), 18 Tini Borgers (Eindhoven), 19 Marcel van de Meulengraaf (Sint Oedenrode), 20 Gerard Steenbreker (Steensel).

 

Behalve Frank Kersten die iedereen zijn wil oplegde in de juniorenwedstrijd, mag toch ook zeker wel het aanvallende rijden van een paar streekrenners vermeld worden. Erwin Couwenberg uit Reusel presteerde het als een van de weinigen lang in het wiel van de Geldropse snelheidsduivel te blijven. En dat nadat hij in het gezelschap van Bergeijkenaar Anthony Theus de wedstrijd had open gebroken. Maar ook voor die twee Kempenaren sloeg de man met de hamer toe, in dit geval de geen moment stoom afblazende Frank Kersten. In een soepele stijl raasde die zijn rondjes af. Zoals microfonist Jan Peeters later amateur Jan Burgmans door moeilijke momenten sleepte, zo deed de Eindhovense speaker dat eveneens in de juniorenkoers. Gedragen op het applaus van het publiek slaagde Kersten er in de allerlaatste ronde in de sprong naar de laatste nog niet gedubbelde groep te maken.

 

De uitslag bij de junioren:

1 Frank Kersten (Geldrop) 60 km in 1.25.18 u., 2 Kees Smits (Zundert) op een ronde, 3 William Berns (Cuyk), 4 Bart-Jan Vermunt (Etten-Leur), 5 Jos van Ginneken (Etten-Leur), 6 Anthony Theus (Bergeijk), 7 Jos van Meel (Etten-Leur), 8 Arno van Hattem (Best), 9 M. Heeren (Breda), 10 J.

Muis (Giessenburg).

 

In de dameskoers leek Helmi Vossen uit Deurne onbetwist op weg naar de zege. Totdat de eerste regendruppels van de middag haar met de straatstenen in aanraking brachten. Weg leidersprijs en weg overwinning voor de jonge renster uit het Peeldorp. Die gaf echter niet op en bereikte ondanks de pech achter het peloton de eindstreep. Eria Oomen won de groepsprint en stak ook de leidersprijs op zak.

 

De uitslag dames:

1 Eria Oomen (Schijndel) 45 km in 1.10.10 u., 2 Corrie

Timmermans-Verhoeven (Den Bosch), 3 Petra Groen (Nieuw-Lekkerland), 4 Angelique

Jekel (Amersfoort), 5 A. Barrie (Sittard), 6 Hennie Top (Wekerom), 7 Betsie van

Yken (Baarn), 8 Marion Bax (Bavel), 9 Gonnie van de Mosselaar (Schijndel), 10

G. Vesters (Uden)

 

Voor een massa publiek wint Dries van Wijhe (met vast verzet!) in 1980 met een ronde voorsprong de kermisronde ‘Om de Gele Trui’

Een vrolijke winnaar Dries van Wijhe (Oldebroek) in 1980

 

2017 Duizelse kermisronde al 60 jaar aan gele trui gekoppeld

 

In 1958 startte het Duizelse wielercomité met een wedstrijd op gewone fietsen. Op 8 september van dat jaar werd Jan van der Heijden uit Netersel in Duizel bij de senioren als eerste winnaar van de gele trui gehuldigd. Die dikke banden race met uitsluitend dorps­ploegen uit het Kempenland groeide in de loop der jaren uit tot een drukbezocht wielerevenement. ‘Om de Gele Trui’ is een begrip geworden in het Nederlandse wielrennen. In 1962 besloot het organisatiecomité ook voortaan KNWU-renners te laten starten. De beste amateurs kwamen op de deelnemerslijsten. De

overwinningen gingen naar renners die ook later bij de professionals hun mannetje hebben gestaan.

 

(door Piet Gijsbers)

 

Toen in 1962 ook de echte wielrenners hun opwachting in de wedstrijd ‘Om de Gele Trui’ maakten, kwam die op 3 september in het bezit van Werner Swaneveld uit Dordrecht. Adrie Drop kwam

in die eerste officiële KNWU Ronde van Duizel als tweede over de finishlijn. De coureur uit Vlaardingen had het met de premieregen in Duizel goed naar zijn zin en won de twee volgende edities door respectievelijk Eindhovenaar Ad van Kemenade en Theo Rutten uit Leende achter zich te houden. Ook in 1965 ging de gele trui van Duizel mee naar Vlaardingen. Rudie Liebrechts, een van Nederlands beste schaatsers in die tijd, ging met de eer strijken. In 1966 brachten de Limburgers Harrie Steevens en Eddie Beugels, twee streekgenoten die elkaar in die jaren als amateur de zege nauwelijks gunden, het publiek, toen al enkele duizenden, in extase. Steevens,

bijge­naamd de witte raaf van Elsloo, trok aan het langste eind. Alleen Gerard Vianen uit het Utrechtse Kockengen wist zich in het spoor van de Limburger te handhaven, maar kwam in de eindsprint duidelijk adem te kort. Voor het eerst was er dat jaar ook een wedstrijd voor nieuwelingen. De zege ging naar Jan Buis (Zwanenburg) vóór regiorenner Peter Derks (Knegsel). In 1969 zegevierde Joop Zoetemelk die toen op de rand van de overstap naar de beroeps­renners stond. Ook hij bracht de handen van de toe­schouwers op elkaar in een zinderende finale met Fedor den Hertog. Later stonden ook nog Gerrie Knetemann en Hennie Kuiper (in 1972), Jan

Raas (1974) en Peter Winnen (1976) aan de start. Leo van Vliet was in 1977 de sterkste van het veld. Thuisrijder Hein Senders doorbrak als eerste streek­renner de hegemonie van de grote namen, twee keer op rij zelfs, in 1978 en in 1979. En Dolle Dries van Wijhe werd de lieveling van het publiek in Duizel met een zege in 1980. De Gelderlander van de Veluwerand zette op vijfendertig­jarige leeftijd het complete rennersveld op een volle ronde achterstand.

 

Ook dames aan het vertrek

 

Alsof de organisatoren van de Duizelse kermisronde in 1984 voorzien hadden dat de Nederlandse vrouwen in de eerste Tour de France voor dames gingen overheersen, besloten zij dat voorjaar al ook de vrouwen in Duizel startgelegenheid te bieden. In Frankrijk greep de Nederlandse ploeg op achttien wedstrijddagen maar liefst vijftien keer de volle winst. Nationaal kampioene Connie Meijer (Vlaardingen), Heleen Hage (Sint-Maartensdijk) en Petra de Bruin (Nieuwkoop), alle drie winnares van drie Touretappes, waren in Duizel present. Maar Mieke Havik (Volendam) stak hen na

vijf etappezeges in Frankrijk ook in het Agiodorp met de overwinning de loef af. In 1985 zorgde Jan Burgmans ervoor dat de gele trui om Bergeijkse schouders kwam. Dorpsgenoot Dave Das deed hem dat in 1987 na. Vanaf 1989 werd de wedstrijd 'Om de Gele Trui' door de amateurs als avondcriterium gereden. Frank van Veenendaal boekte in de 35e jubileumuitgave de zege met een solovlucht in de slotfase van de koers. Daarmee veroverde de Sassenheimer na 1990 zijn tweede gele trui in Duizel. In 1993 won de Nieuw-Zeelander McLeay, in 1994 was Max van Heeswijk een klasse apart. De edi­tie van 1997 werd er voor Anthony Theus een om in te lijsten. Na tien jaar geregeld bij de besten in Duizel te zijn geëindigd, kon hij er einde­lijk het zoet van de overwinning vlak bij huis smaken. Voor Theus betekende de winst in het avond­criterium ‘Om de gele trui’ de honderdste zege in zijn amateur­carrière. In 2000 herhaalde de sterke Westlander Wilco

Zuijderwijk zijn prestaties van 1989 en 1995, zich daarmee in het Kempenland onsterfelijk makend. Marcel Alma (Harskamp) was in 2003 en in 2005 de sterkste van het elitegezelschap. En Johnny Hoogerland was in 2008 in Duizel aan de macht. Ook regiocoureur Twan Castelijns (Hapert) liet zijn naam in 2015 op de erelijst zetten. Daarop werd Gert-Jan Bosman de zesde renner die meermaals een Duizelse gele trui in het bezit kreeg.